woensdag 16 januari 2008

Sibu

Over onze uitstap naar Sibu zou ik in principe heel kort kunnen zijn: totaal niet de moeite. Maar ik zal toch net iets meer vertellen. Want als je iets slecht vindt, dan moet je ook kunnen zeggen waarom. Zo hoort dat.

Het begon al met de boottocht over de Batang Rejang-rivier er naartoe: lang (5u- meer dan 300 km), ijskoud (de airco had blijkbaar maar 1 stand: 10 graden ofzo. En geloof me, dat is dodelijk als je sleft op sandalen en enkel een dun vestje bij hebt!), oersaai (grote rivier, in de verste verte niks op de oevers te zien) en mottigmakend (de boot vaart aan hoge snelheid en in combi met het woelige water zorgt dat af en toe voor een iets te groot Bobbejaanlandgevoel). En dan te weten dat het onze oorspronkelijke bedoeling was om hierna nog eens drie uur door te varen naar Kapit, een groot dorp in hartje binnenland. We zijn onszelf zeer dankbaar dat we dat plan letterlijk laten varen hebben.
De stad zelf dan. Sibu is een lelijke, vieze, vuile, stoffige havenstad waar geen bal te beleven valt. Er wonen overwegend Chinezen en die baten allemaal even vettige cafeetjes en restaurantjes uit. Gelegenheden waar ze duidelijk maar hoogst zelden witte toeristen over de vloer krijgen, want zowel de mannen als de vrouwen konden maar niet stoppen met staren en gapen. Had echt schrik dat er eentje met zijn brommer ergens tegenaan zou rijden of dat ie noedels in z'n neus ipv in zijn mond zou steken.
Uit pure armoe zijn we dan maar bovenop een Chinese pagode gaan staan (dat uitzicht over de stad wilden we- zoals je begrijpt- echt niet missen), hebben we geshopt (de buit was voor Wouter: een namaak-klakse en een pak illegaal gekopieerde dvd's) en zijn we 's avonds naar de lokale cinema geweest. Ook daar stond die vervloekte airco weer in antarctica-mode en we moesten het bovendien stellen met de film "National Treasure: book of secrets". Bezwaarlijk straf te noemen, maar de enige in het Engels. Daarna moe en niet zo voldaan onder vale lakens gekropen in een vieze kamer bedekt met groezelige tapisplein en versierd met bruin bevlekte roze gordijnen. Echt charmant. Het was nochtans de beste optie volgens Lonely Planet.

Vandaag lang uitgeslapen, koffietje gedronken, ontbijt gekocht op de markt en dan om halftwaalf de boot weer op, terug naar Kuching. Deze keer geen moment binnen gebleven, maar meteen op het dek plaatsgenomen. Winderig, lawaaierig, saai en geheel oncomfortabel (zitten op de stalen buizen die ze bankjes noemen was niet lang houdbaar en dus ben ik na een tijdje tegen een stapel dozen gaan liggen. Bleek dat daar kippen inzaten! Mmm, vond de geur en het feit dat ze af en toe bewogen al een beetje verdacht.), maar alles beter dan die frigo beneden.
Als beloning voor de vele uren afzien, heb ik mezelf daarnet wel beloond met een groot Iban-beeld. Weegt zeker 5 kilo. Voorlopig enkel vage ideeen over hoe ik dat deftig in Belgie ga krijgen.

Bon, morgenochtend beginnen we al aan de laatste episode van deze reis. Het gaat echt snel nu. We vliegen door naar Kota Kinabalu, de grootste stad van Sabah, om er o.a de Mount Kinabalu (4095 m) te beklimmen. Stijn, wat is de te kloppen tijd???

Dikke zoen,
Erie en Wouter

2 opmerkingen:

Stijn zei

Ik zou de te kloppen tijd kunnen geven, maar het zou jullie enkel ontmoedigen. TIP; Neem een Kitkat mee voor 's ochtends.
Veel plezier daar!
Groeten
Stijn!

bloeny zei

Niet alles kan meevallen op reis hé! het ziet er allemaal nochtans super uit...
en ge hebt uwen tijd weer genomen om het thuisfront te briefen zie ik :-) maar ja, ik moet toegeven, het leest vlotjes
dikke kus Bart